Feuilleton 3xVentoux040 – Actieblog uit 2012
Aflevering -8-
***
Botsing
Rondje Amerongse Berg of hoe door een botsing een klein tochtje een heel verhaal werd.
Het is zondag en het is een mooie dag om in mijn eentje op mijn nieuwe racefiets een tocht van ruim 100 kilometer te maken over de Utrechtse Heuvelrug om zo meteen enkele hoogtemeters mee te pakken.
Zonnig en fris
Ik fiets rond een uur weg van huis. Het is zonnig en fris. Mijn blauwe plekken van de Twan Poels Klimclassic van de week ervoor zijn aardig aan het herstellen en belemmeren me niet er direct een flink tempo tegenaan te gooien.
En dan… tsja, hoe beschrijf ik een botsing waar ik zelf bij betrokken ben?
Oogwenk
Het gebeurt in een oogwenk. Ik ben krap tien minuten onderweg.
Er zijn flarden in mijn herinnering.
Ik heb een beeld van een donkere auto, weet nog dat ik de-man-over-wie-ik-niet-schrijf belde en eerst onze jongste zoon aan de lijn kreeg.
Ik, schreeuwend: ‘Ik moet papa NU aan de telefoon hebben’.
Daarna een flard met het vertrouwde beeld van de-man-over-wie-ik-niet-schrijf die mij bij zijn koosnaam noemt: ‘Rietje, gaat het meisje, wat heb je nu toch gedaan?’
Dan in een flard het beeld van een politieagent die vraagt hoe ik heet en wanneer ik ben geboren.
Huh? ‘Wat een onzin, natuurlijk weet ik wanneer ik ben geboren…’.
Daarna het geel van een ambulancepak. Weer de vraag wie ik ben en wanneer ik ben geboren.
‘Dat heb ik al gezegd!’, denk ik.
Ik roep: ‘Hij moet erbij blijven, alleen hij!’, en ik wijs naar de-man-over-wie-ik-niet-schrijf. Het aller-aller-belangrijkste is op dat moment dat hij niet weg mag gaan. Dan is het goed.
Kraag
Ik kom enigszins bij mijn positieven als de gele pakken bezig zijn een kraag om mijn nek te doen.
Ik hoor: ‘We moeten haar stabiliseren’.
Dan een plank waar ik op wordt gerold en vastgebonden. Ik vlieg ineens de lucht in en voel dat er met iets wordt gereden. Ik rijd de ambulance in. Herken weer een geel pak. Een vrouw deze keer.
‘Waar is mijn man? Hij moet erbij blijven!’ Geruststellend zegt de vrouw dat hij al naar het ziekenhuis onderweg is.
Huh, ziekenhuis?
‘Ik mankeer niets, ik moet nog 100 km fietsen vandaag…’
Eerste hulp
Op de Eerste Hulp krijg ik een hand van een oudere verpleger. ‘Ik heet Dick’, zegt ie.
‘Waar is mijn man?’ reageer ik.
De-man-over-wie-ik-niet-schrijf buigt mijn blikveld in: ‘Ik blijf erbij, ik ga niet weg.’
Dan schuift het gezicht van een jongeman mijn blikveld in: ‘Ik ben de dokter, ik ga nu controleren of u door de botsing iets heeft gebroken’.
Ik moet aangeven waar ik pijn heb: ‘Mijn duimnagel en mijn vinger en mijn hoofd en mijn been, hier en hier en daar’.
Er wordt geknepen en gevoeld. ‘We gaan een scan maken van uw hoofd. Er zijn geen ledematen gebroken vermoedelijk.’
Kwart-draai
Als de kraag van mijn nek wordt verwijderd, word ik een kwartslag gedraaid.
‘O kijk, er zit van alles in haar shirt. Nou, nou, een fietspomp, plakspullen, twee bananen, twee koeken en een iPhone.’
‘Lag ze daar op?’
‘Ja, blijkbaar.’
Niks van gemerkt trouwens, dat ik daar op lag. Ondertussen moet ik iedere keer dat een nieuw gezicht mijn blikveld binnen schuift, vertellen hoe ik heet en wanneer ik ben geboren.
Neurologie
Ik ben er die uren op de Eerste Hulp bij en toch niet. Rond vijf uur in de middag word ik een eenpersoonskamer opgereden op de afdeling Neurologie.
Ongelofelijk dat er ineens vier uur voorbij zijn. Zou ik er niet helemaal bij zijn geweest ofzo?
Dag 1
Die avond is de film Soldaat van Oranje op tv. Ik kijk ernaar. Best aangenaam. Ik sta stijf van de pijnstillers.
Onwerkelijk dat ik in het ziekenhuis lig. Raar ook dat ik aan de botsing zelf helemaal geen herinnering heb. Niet alleen mijn helm is kapot, ook mijn fietszonnebril ligt aan gort. Door de klap heeft mijn linker oog een flinke opdoffer gekregen. Het doet pijn.
Het eten smaakt me best. Indische rijsttafel krijg ik niet iedere dag!
Bloeddruk
De dienstdoende verpleegster gaat me de komende nacht ieder uur wakker maken en neemt om de haverklap mijn bloeddruk op. Die is torenhoog. Bijna 200 over 150.
Het futuristische apparaat gaat vanzelf opnieuw meten als de bloeddruk te hoog is. Keer op keer blaast ie zichzelf opnieuw op.
‘Ik heb helemaal geen hoge bloeddruk’, zeg ik optimistisch tegen de verpleegster.
‘U heeft een gevaarlijk hoge, hoge bloeddruk mevrouw’, zegt de verpleegster geruststellend, ‘maar dat zien we vaker als mensen in shock zijn’.
In shock? Ik? Ik lig er toch rustig bij?
Grote grap
Ik ben opgetogen dat ik dit allemaal meemaak. Wat een grap. Moet net mij gebeuren, een nagelnieuwe fiets aan gort en een ziekenhuisopname op de koop toe.
Grappend twitter ik: ‘Rondje Amerongse Berg eindigt onwaarschijnlijk en onfortuinlijk in het ziekenhuis. Snelst gemeten snelheid: 79 km/u. Haha, ín de ambulance!’
De hele avond ben ik druk met Twitter en Soldaat van Oranje.
Dag 2
Ik vertoon geen signalen van een hersenschudding en mijn bloeddruk zakt na een waakslaapnacht naar acceptabele hoogte. Ik mag naar huis. Alleen waar mijn fiets-zonnebril hardhandig tegen mijn oog aan knalde ziet het er sneu uit.
De neuroloog geeft als advies: ‘U moet het een week rustig aan doen. Houdt u de drie R’en in acht: rust, reinheid en regelmaat’.
Dat nemen we ter harte!
Gebotste jongeman
In de avond komt de jongen die de auto bestuurde waar ik tegen aan knalde, bij mij thuis langs met een bosje bloemen. Ik ben benieuwd wat ik deed in de tijd waar ik geen herinnering aan heb.
‘U heeft wel zes keer gevraagd of uw man al was gebeld. Ook leek u wakker maar was erg in de war.’
Hij vertelt dat hij erg schrok. Hij kon niets meer doen toen ik de hoek om kwam zeilen. Ik reed met de fiets tegen het rechter spatbord ter hoogte van het wiel, ben van de fiets gekatapulteerd en knalde met mijn hoofd en linkerschouder tegen de voorruit aan. De ster in zijn voorruit spreekt boekdelen.
Tijdens het bezoek komen de eerste verzekeringszaken ter sprake. Hij had de auto geleend en zit erover in dat het lakwerk en de voorruit van de auto zijn beschadigd.
We vullen gezamenlijk het Europees Schadeformulier in. Toch goed dat we dat in huis hebben en niet een Australisch Schadeformulier.
Dag 3
Ik word al wat minder jolig.
Tsjonge, ik heb eigenlijk nog geluk gehad. Dankzij de fietshelm heb ik geen hersenschudding, noch enig ander hoofdpijnlijk-letsel. Tenminste, zo lijkt het.
Het politiebericht in het AD/Utrechts Nieuwsblad over de botsing is ongewild grappig. Ik citeer:
‘Verkeersongeval met letsel (kop). DE BILT – Op zondag 6 mei 2012 vond rond 13:35 uur een aanrijding plaats tussen een 52-jarige automobilist uit Utrecht en een 23-jarige fietster uit Utrecht op de Groenekanseweg. De vrouw op de fiets stak plotseling de weg over. De automobilist kon een aanrijding niet meer voorkomen en de fietster kwam tegen de voorzijde van de auto aan. Zij is met hoofdletsel overgebracht naar het ziekenhuis.’
Een vroegere collega via Twitter: ‘Zo, heb jij er mooi een paar jaartjes afgebotst…’
Dag 4
Dag 4 is terugslag-dag. Ik ben moe, moe en nog eens moe. Ongelofelijk, dat zo’n botsing er zo inhakt.
Dag 5
Vandaag is dag 5 na het ongeluk. Ik kan het niet anders dan een tweede off-day noemen. Ik ben in een grommend humeur.
Aan belangstelling geen gebrek overigens, dus daar ligt het niet aan. Social media laten merken waarom ze social zijn. Ik krijg daar bovenop zelfs een ouderwetse ansichtkaart van mijn Apeldoornse collega’s.
Mentale berg
Ik zie gigantisch op tegen de hele Ventoux-onderneming die nog heel wat training gaat vragen. Hoe ga ik dat doen? Ik durf vast niet meer vrij-uit te fietsen.
De mentale berg is groter dan de hele Ventoux bij elkaar.
Het fietsen in de stad op mijn stadsfiets gaat al knetter voorzichtig, hoe moet dat als ik straks in een ploegje moet fietsen bij de tochten die we nog samen gaan afleggen? En wat doet mijn conditie nu ik zomaar een hele week niet fiets?
Die gaat vast net zo hard omlaag als mijn gewicht omhoog.
Nu, morgen gaat het vast (iets) beter. Ik laat me er toch niet onder krijgen? Dat krijgt zo’n flut-aanrijdinkje toch niet voor elkaar…
14 maart 2020
Pingback: Classico Giro Utrecht - runningrita classico giro utrecht
Gaat de sessie vrijdag dan wel door?
Dit is een verhaal uit 2012. Ik was de hele serie kwijt, maar vond ze pas geleden terug op een externe schijf en besloot er een inhaal-feuilleton van te maken. Dus wel echt gebeurd, maar niet recent. 😀
Pingback: Drie keer is scheepsrecht - runningrita drie keer is scheepsrecht
Pingback: Eenzaam beuken in de polder - runningrita eenzaam beuken in de polder
Pingback: De mores van het wielrennen - runningrita