Feuilleton 3xVentoux040 – Actieblog uit 2012
Aflevering -7-
***
Twan Poels Klimclassic
Deze week reden we met vieren de Twan Poels Klimclassic in en om de heuvels rond Nijmegen, Kleef en Goch. De route bracht ons over 140 kilometers die voornamelijk in het Duitse buitengebied achter Nijmegen bleken te liggen.
Wie de Twan Poels was waarnaar deze klimclassic is genoemd, bleef lang in nevelen gehuld. Je denkt als vanzelf aan een wielerheld van weleer die in deze Noord-Limburgse contreien zijn fietskilometers maakte. Misschien zelfs was hij lid van TC Gennep, de toerclub die deze tocht organiseert.
De Vier Musketiers
Dit keer verwerk ik wat psychologie van de koude grond in mijn verhaal.
Dat doe ik door de vier mensen te portretteren die meereden: Fleur, René, Joep en ikzelf. Enige gelijkenis met de werkelijkheid berust niet geheel op toeval.
Fleur Buffel Besters
Ons hele initiatief is gestart met een tweet van Fleur ergens in augustus van het vorige jaar.
Om de zinloosheid en de machteloosheid te bezweren die de dood van haar vader omringde, wilde ze een daad stellen en meerijden met Alpe d’HuZes. Haar motto: ‘Willem had geen keuze, ik heb die wel’.
Om de ziekte kanker te overwinnen is veel onderzoek nodig en daarvoor is nog meer geld nodig.
Groepje
Al snel vormde zich een groepje. Wij zijn allemaal geïnspireerd door Fleur; haar drive en enthousiasme is aanstekelijk en onvergelijkbaar. Ik heb bewondering voor de manier waarop ze haar verdriet omzet in iets constructiefs.
De dood van mijn eigen vader in 2004 leidde bij mij tot eenzelfde gevoel van machteloosheid maar ik kon alleen maar verdrietig zijn. Ik had zelfs een tijd een hekel aan het woord ‘leuk’.
‘Wat leuk? Er is niets leuks aan leuk.’
Eindhovense vervanger van Alpe D’HuZes
Fleur’s initiatief is óns initiatief geworden. Toen de loting van Alpe d’HuZes ongunstig uitviel, was er in een razend tempo een nieuw idee: ‘We gaan er een Eindhovens initiatief van maken’.
In plaats van Alpe d’Huez gaan we drie keer de Mont Ventoux omhoog. Niet alleen bleef het groepje, het breidde uit met een aantal nieuwe deelnemers en een aantal mensen dat ons helpt bij de voorbereiding of op de dag zelf.
Van niets naar iets
Fleur is iemand die van niets iets kan maken. Die kwaliteit is waardevol en belangrijk. Voor de mensen direct om haar heen, maar ook wat verder weg, bijvoorbeeld op haar werk. Haar enthousiasme komt recht uit haar hart en is aanstekelijk door de bezieling die voelbaar is.
Ze zet zich daarnaast volledig in. Met toewijding bereidt ze zich voor op 5 juli. Gedisciplineerd drie keer per week trainen, naast gezin en werk.
Beide kwaliteiten passen bij een buffel.
Fleur Buffel Besters had een idee en dat idee is onze gedeelde werkelijkheid geworden. Wij delen haar bezieling en toewijding.
Gisteren deden we dat door de Twan Poels Klimclassic te fietsen.
Ridder René
René is later aangehaakt. Tot kortgeleden kende ik hem alleen maar van zijn mails waarin hij met gevoel voor detail onze trainingsopbouw heeft voorgesteld.
Niet door iets af te dwingen maar door samen met de andere echte fietsers uit het team een planning en opbouw te maken. Doel van het trainingsprogramma: voldoende zitvlees ontwikkelen op de fiets en zoveel mogelijk hoogtemeters trainen.
René’s motto daarbij: ‘We doen het samen’.
Een teamplayer zogezegd.
Hulpvaardig
Wat mij gisteren vooral opviel was zijn hulpvaardigheid. Ongekend, wat een dienstbaarheid (zonder slaafsheid).
Doordat ik tijdens deze Twan Poels Klimclassic viel, was mijn band aan gort. René gaf me een nieuwe binnenband en reed verder met mijn wiel omdat er een –minimale- slag in het wiel zat.
Op de pauzeplek aangekomen, kon ik een nieuwe buitenband kopen, die werd vakkundig om het wiel gelegd. Fleur en ik stonden erbij en keken ernaar.
Fleur: ‘Ik ben al zo lang getrouwd dat ik dit soort dingen niet meer kan’.
Herkenbaar!
Ikzelf ben bovendien op klusmomenten vooral liever lui dan moe!
Ridderlijke hulp
René zorgde er daarna voor dat ik mee kon fietsen in het groepje. Regelmatig ging het te hard voor mij, dan riep hij ‘TEMPO!’ en kon ik weer aanhaken en bijblijven.
Ondertussen vroeg ik naar zijn werk en vertelde hij wat hij deed, bij dezelfde werkgever als die van mij. Zijn functie heet tamelijk on-sexy ‘ICT ondersteuner’. Na hem een dagje te hebben meegemaakt kan ik me voorstellen dat hij precies de juiste instelling heeft voor dat werk.
Niet zelf willen stralen maar anderen laten stralen, dat is Ridder René.
Jaap uh… Joep
De hele toerdag lang noemde Jaap uh… Joep mij Irma uh.. Rita. Eerst had ik dat niet in de gaten, tot ik Joop uh… Joep zichzelf hoorde corrigeren.
‘Sorry Irma, uh… Rita, ik vergis me steeds’.
‘Geeft niks Jip uh… Joep’ riep ik terug.
Ezelsbruggetje
Ik herken het fenomeen wel trouwens. Als je iemand’s naam niet goed onthoudt, lijkt het wel of het nooit mee goed komt.
Zo had ik eens twee buurmannen, Joop en Peter, en ik wist nooit wie wie was. Juup uh…Joep heeft vast hetzelfde probleem met mij en Irma.
Ik heb dat opgelost door een ezelsbruggetje te verzinnen. Dat werd: ‘Joop heeft net als Jeroen (onze andere buurman) een bril’. Terwijl ik veel beter had kunnen verzinnen: ‘Peter is met de P van psychiater’, want dat was zijn beroep.
Maar als een ezelsbruggetje zich eenmaal heeft aangediend, kun je het niet meer vervangen voor een praktischer exemplaar. Ons wonderlijke brein kan dat niet!
Maar Joep dus. De belichaming van een wonderlijke combinatie van psychomotorisch therapeut en autodidactisch whizkid op de computer. Daarmee een ‘new-kid-on-the-block’ en dat in volledig positieve betekenis. Wat een plezier zullen velen daar nog aan beleven in zijn werkomgeving.
Houd Joep en e-health in de gaten!
Spuit 11
Gister droeg ik de Rode Lantaarn. Al bij de eerste echte klim, de fenomenale Jacobsberg in Mook, was het duidelijk; hier wordt ingeleverd.
Ook op de vlakke stukken ging het voor mij steeds iets te hard. Dat werd ‘gaan tot het gaatje’ en toch steeds de sloomste zijn.
Nu is de positie van Spuit 11 mentaal niet mijn favoriete plek. Ik vind het vervelend om te moeten vragen of het langzamer kan, liever bungel ik in mijn eentje achteraan. Best stom want in je eentje verbruik je meer kracht en gaat het dientengevolge uiteindelijk nóg langzamer.
Pratend fietsen en vallen
Na circa 80 km bleef René steeds bij me, hoe vaak ik ook aangaf dat hij echt niet hoefde in te houden voor mij. Pratend fietsen maakt het fietsen wel leuker trouwens.
Zo leuk, dat ik niet goed oplette in een bocht met grit en onderuit schoof met fiets en al. Oei, dat was pijnlijk!
Gelukkig lig je sneller dan je kunt nadenken, dus het leed was al geleden voordat ik er erg in had. Mijn eerste gedachte: ‘oioi, mijn nieuwe fietsbril kaduuk’. Dat was valse schijn want alleen het glas lag eruit.
Er bleek wel van alles anderszins kaduuk te zijn: binnen- en buitenband, slag in het wiel, stuurlinnen kapot, een schaafwond op mijn onderarm en een beurse plek op mijn rechter dij. Gelukkig had ik een fietshelm op want ik knalde in die split-second met mijn hoofd op het asfalt.
Pauzepunt
We zaten vlakbij het 95 km pauzepunt, daar kon ik bijkomen en kon mijn fiets worden opgekalefaterd. Vreemd genoeg ging het fietsen na mijn val beter.
Ik bleef Spuit 11 maar dat zat me minder dwars. Het lukte beter om in het wiel te blijven hangen van mijn mede-fietsers en ook lukte het soms om te vragen of het net een tandje minder hard kon.
Angst
Al fietsend bedacht ik me dat ik fiets met een zekere angst in mijn lijf. Niet de daal-angst van Fleur, maar angst voor de zwaarte van elke tocht.
‘Hou ik het wel vol, het is wél 100+ km, met een x-aantal hoogtemeters’.
Door deze ‘ga-ik-het-redden?’-gedachten knijp ik vroegtijdig in de mentale handrem. Een voorbeeld: we reden na circa 120 km op een vlak stuk 30 km per uur en nadat ik had gehoord hoe hard we gingen, voelde ik direct een enorme moeheid in mijn bovenbenen.
Angst als tegenstander.
Ach, iemand moet de laatste zijn. Misschien levert de laatste wel een grotere prestatie dan de eerste!
Twan Poels Klimclassic
Tegen het eind van de Twan Poels Klimclassic kwamen we door een Noord-Limburgs dorp en daar vond de onthulling plaats van de nam van deze tocht: Twan Poels bleek een makelaar te zijn die de tocht sponsort.
Een lichte deceptie maakte zich meester van ons. Twan Poels was geen held maar heeft geld.
9 maart 2020
Pingback: Botsing: klein tochtje, heel verhaal - runningrita botsing
Pingback: Drie keer is scheepsrecht - runningrita drie keer is scheepsrecht