Oogdruk
De oog(bol)druk in mijn blinde oog is alweer drie maanden te hoog. Niks helpt definitief. Wat twee jaar geleden bij de eerste complicatieperiode nog wel lukte, is nu vergeefse moeite. Er kunnen alleen lapmiddelen worden ingezet zoals pillen waarvan ik niet alleen hondsmoe word, maar ook keiharde poep krijg, overlangs gescheurde nagels en kloven in mijn vingers.
De pillen voeren vocht af, maar dat doen ze natuurlijk niet alleen in het oog, vandaar.
Cryotherapie
De oogarts zet het laatste redmiddel in: retinale cryopexie. In gewoon Nederlands: bevriezing van het oog en van wat daar binnenin zit; bij normale mensen het netvlies en bij mij het dood-gelaserde netvlies en verschillende bloedingen, waaronder eentje in het regenboogvlies. Het regenboogvlies is een dure term voor de iris.
Het woord ’therapie’ klinkt naar ‘genezen’, maar dit is therapie zonder genezing. Het is en blijft wonderlijk hoeveel onderhoud een kapot oog vraagt, terwijl je geen omkijken hebt naar een oog dat het gewoon doet.
Ik vind het allemaal best, als ik maar van die ellende-pillen afkom.
UMC
De cryotherapie kan alleen in het UMC worden gedaan.
Daar starten ze met een intake. Ik zeg dat mijn oog al 186 keer is bekeken, maar dat maakt geen indruk: ‘We willen wel met eigen ogen zien of hetgeen uw oogarts nodig vindt, ook door ons nodig wordt bevonden.’
Na uren wachten en de nodige witte jassen die in fracties van de wachttijd om mij heen cirkelen, is het oordeel klaar: ‘Wij achten de ingreep ook nodig’.
Ik weet niet of ik er blij mee moet zijn: ‘De verdovingsprik ik pijnlijk en u kunt na de ingreep tot zes weken nadien napijn hebben’.
Maar ja, wat moet, dat moet.
Ik ben heel goed geworden in niet vooruit denken. Als de tijd daar is, is er nog tijd genoeg om bang te worden, of recalcitrant, of gelaten.
Ingreep
De dag voordat de ingreep plaatsvindt, krijg ik een telefoontje van het UMC, de ingreep moet worden uitgesteld.
‘De dokter is ziek.’
Ach ja, dokters, het zijn natuurlijk net mensen.
De nieuwe datum wordt een week later geprikt.
Nare prik
Als de tijd daar is, vind ik mezelf terug op de bank vóór de behandelkamer, met de-man-over-wie-ik-niet-schrijf als eeuwige steun en toeverlaat naast mij.
In de behandelkamer staat een tandartsstoel. Daarop neem ik plaats.
Net als bij de tandarts gaat de stoel in de ligstand. De aardige dokter legt uit wat hij allemaal aan het doen is en de verpleegster die erbij is, vult het verhaal aan.
Het is alsof ik in een toneelstukje zit waarbij ik niet toekijk, maar zelf meedoe. Ik heb, in tegenstelling tot de arts en verpleegkundige, geen tekst. Ik hoef alleen te liggen en af te wachten.
‘Nu gaan we de verdovingsprik klaarmaken. Het is een nare prik.’
Even later klinkt er twee keer een plopje als de naald door vliezen of iets degelijks heen prikt. De pijn valt mee. Die plopjes, díe zijn naar, en de plaats waar ze vandaan klinken. Ergens tussen neus en oor en dan binnenin mijn hoofd.
‘Nu ga ik de vloeistof inspuiten.’
In mijn hersens voel ik een vinger wroeten. Het wroeten is best een beetje pijnlijk. Ik mompel hardop: ‘Ik voel het mijn hersens in gaan’.
‘Nee, dat zijn niet uw hersens, dat is uw oogkas.’
Cryo-apparaat
Om mijn hoofd krijg ik een autogordel met daartussen een dikke prop watten om het blinde oog dicht te houden.
‘U voelt druk op uw hoofd.’
Wat vanzelfsprekend geen wonder is, als je er eerst een autogordel omheen legt en die daarna aansnoert.
Als de verdoving werkt, gaat het bevriezen beginnen.
Het apparaat is aanvankelijk niet koud genoeg. Na een paar minuten houdt de aardige dokter ermee op. Het bevriezingsapparaat moet eerst opnieuw worden gestart.
Ik hoor een soort alt-control-delete-instructie rechts achter mijn hoofd.
Nieuwe poging
De tweede poging gaat beter. De gastoevoer sist een beetje. Dat geluid was er de vorige keer niet.
Ik voel het bevriezen niet en toch ook wel. Het brandt en er wordt flinke druk uitgeoefend op het oog met de ijskoude, metalen sonde. De hele behandeling doet akelig denken aan de tandarts, behalve dan dat ik mijn mond er niet bij open hoef te doen en dat de geijkte preek over beter-tandenpoetsen achterwege blijft.
Ik moet naar links kijken en zie helemaal niks van wat er zich rechts afspeelt. Dat is heerlijk.
Met mijn ziende oog zie ik half de microscoopbril van de dokter, de lamp erboven en het plafond nog verder omhoog. Maar dat zie ik alleen maar als ik illegaal niet meer naar links kijk, maar recht omhoog. Gauw kijk ik weer naar links.
Af-plakkaat
Als de dokter klaar is, krijg ik een forse dot ontstekingsremmende zalf in mijn oog, dat daarna wordt afgeplakt. Als ik pijn krijg, mag ik vijf dagen lang Naproxen slikken met een maagbeschermer erbij. Opnieuw rotzooi. Maar ik zei het al eerder, wat moet, dat moet.
De volgende ochtend mag het plakkaat eraf. Het oog is gezwollen en het oogwit is heel rood-doorlopen. Het ziet er niet uit.
Dan toch liever de tandarts. Als het moet zelfs met de onontkoombare dentale-evangelie-preek over raggen en flossen.
Napijn
Napijn is er zeker. Iedere dag wordt die een beetje minder en iedere dag is het oogwit ietsjes minder rood.
Controle
Een week later bij de onvermijdelijke controle is de oogdruk goed gezakt. De rotzooi-pillen mogen de prullenbak in. Helaas lijkt het erop dat er spiertjes van de pupil zijn beschadigd bij het bevriezen van de bloeding onder de iris. Het is nog niet te zeggen hoe dat er uit zal zien na een tijdje.
Wie weet krijg ik Bowie-ogen.
Er zijn mensen die dat mooi vinden.
Ik denk er het mijne van: ‘Tsja, als je van aliens houdt’.
Een alien met, dat dan weer wel, zachte poep.
11 maart 2018
Beste Rita jou oogverhaal doet mij zo’n pijn.ik voel.met jou.mee..ik ben zelf van de week behandeld..met het inzetten van een nieuw oogimplantaat…. ozzurdex. zijn.geen leuke behandeling en…maar het behoud mijn zicht…..ook ik voelde die nare prik in jou verhaal…..had er zelf van de week dus ook een….met een lading jodium en zalf…..ik zie er iedere keer weer tegenop..om de vijf a zes mnd is de medicatie uitgewerkt moet het weer opnieuw…….sterkte.met je behandeling..hopelijk blijft de druk nu laag…ik moet mijn oog er voor druppelen.. . Nu.
Ach Karin, jij blijft er dus ook mee tobben. Wat zo’n stom ooginfarct vermag. Ik heb ook oogdruppels, al vanaf de eerste complicatieperiode. Nu heb ik er twee soorten bij. In totaal vier flesjes met oogdruppels. Twee ’s ochtends en vier ’s avonds.
Het heeft weinig sex-appeal, alle getut voor de spiegel. Gelukkig kijkt de-man-over-wie-ik-niet-schrijf verder dan zijn neus lang is.
Als je ziet hoe druk het bij de oogarts is…….met die prikken zetten . implantaat.of bevriezen.en laseren…dan zijn we niet de enigste…je word met de feiten geconfronteerd..zo gauw jezelf.wat aan je oog mankeert.en je realiseert..ja ik heb er maar 2 van….en geen 10.(vingers)ik baal ook van al die controles…en de ziekenhuisbezoek….blijf er liever weg…..netzoals jij…maar wat moet dat moet..mijn laatste oogdruk.was.13.prima…is ooit 23 geweest..tja en het valt niet mee om.je oog goed te druppelen.ik zit er ook vaak langs . .doen we het maar op de gok….voor jou is het gewoon een hele nare nasleep……..van een blind oog……….en de angst…….
Die neemt ook niemand van je af…..pluk de dag je bent een doorzetter… ……ik zeg altijd ik roei met de riemen die ik heb..
Bij mij was de oogdruk boven de 60. Dat is niet vol te houden. Daarom die pillen. Die helpen wel, maar ze hebben veel en nare bijwerkingen. Hopelijk gaat het nu een tijdje goed.
Pingback: Blijmoedig versus mismoedig - runningrita